Vrijstelling consolidatie binnen internationale structuren
Vanuit juridische en/of fiscale overwegingen worden de activiteiten van ondernemingen nogal eens opgeknipt in verschillende juridisch zelfstandige rechtspersonen. Onder andere het toenemende verschil tussen de belastingdruk in de 1e en 2e schijf van de vennootschapsbelasting stimuleert deze verdere splitsing van ondernemingen. Maar ook de toenemende juridificering van de samenleving motiveert het spreiden van risico’s over verschillende entiteiten. Een rechtspersoon kan in een aantal gevallen vrijgesteld zijn van consolidatieplicht. Lees in deze blog wanneer dat voorkomt.
Vrijstelling consolidatieplicht
Om een beeld te kunnen krijgen bij de activiteiten van de ondernemingen als geheel, heeft de wetgever het volgende bepaald: de rechtspersoon die aan het hoofd van de groep staat dient de geconsolideerde jaarrekening op te stellen, waarin de cijfers zijn opgenomen waarop de rechtspersoon een overheersende zeggenschap kan uitoefenen of waarover hij de centrale leiding heeft (Art. 2:406 lid 1 BW). Voor deze consolidatieplicht zijn door de wetgever diverse uitzonderingen gegeven, waaronder de vrijstelling voor tussenhouderstermaatschappijen. In hoeverre deze uitzondering van toepassing is binnen een internationale context wordt hieronder nader geduid.
In figuur 1 is een versimpelde weergave opgenomen van een internationale groep waarbij Entiteit A wordt aangemerkt als hoofd van de groep. Entiteit A is gevestigd in Japan, entiteiten B, C en D in Nederland. Mag entiteit B nu opteren voor de vrijstelling die toepasbaar is voor tussenhoudstermaatschappijen?
Aan welke vereisten moet een tussenhoudstermaatschappij voldoen om de vrijstelling van tussenconsolidatie te mogen toepassen?
Op grond van BW 2:408 lid c tot e, mag consolidatie achterwege blijven wanneer:
- de geconsolideerde jaarrekening en jaarverslag van Entiteit A zijn opgesteld overeenkomstig International Financial Reporting Standards (hierna IFRS), of op gelijkwaardige wijze;
- de geconsolideerde jaarrekening met accountantsverklaring en jaarverslag, voor zover niet vertaald in het Nederlands, zijn gesteld in het Frans, Duits of Engels; en
- de geconsolideerde jaarrekening en jaarverslag van Entiteit A binnen 6 maanden na de balansdatum of binnen een maand na een geoorloofde latere openbaarmaking, zijn gedeponeerd ten kantore van het handelsregister.
Met name het genoemde onder de eerste bullet inzake ‘gelijkwaardige wijze’ verdient wat nadere toelichting. De Europese Commissie heeft in haar beschikking van 12 december 2008 een aantal financiële stelsels genoemd welke gelijkwaardig zijn aan IFRS. Hieronder vallen de verslaggevingsstelsels van Volksrepubliek China, de Verenigde Staten van Amerika, Japan, Canada en Zuid-Korea.
Op grond van deze beschikking kan Entiteit B opteren voor de vrijstelling uit hoofde van tussenhoudstermaatschappij, er vanuit gaande dat aan de overige criteria - zijnde taal van de opgestelde stukken en deponeringsplicht - wordt voldaan. Conform de Richtlijnen voor de Jaarverslaggeving 217.214 dient Entiteit B vast te stellen of de inhoud van de geconsolideerde jaarrekening voldoet aan gelijkwaardige kwaliteit van wet- en/of regelgeving met betrekking tot de financiële verslaggeving. Ten slotte dient toepassing van vrijstelling voor consolidatie te worden vermeld in de toelichting op de jaarrekening van Entiteit B.
Gelijkwaardigheidscriterium
De Europese Commissie stimuleert, ondersteunt en monitort de ontwikkelingen bij niet-lidstaten om te komen tot een verslaggevingsstelsel dat gelijk of gelijkwaardig is aan IFRS. Naar verwachting zal de lijst met gelijkwaardige verslaggevingsstelsels in de toekomst verder worden uitgebreid. Onder andere het verslaggevingsstelsel van het Verenigd Koninkrijk zal, indien dit niet wordt gewijzigd, kunnen voldoen aan het gelijkswaardigheidscriterium.
Heeft u nadere vragen omtrent consolidatieplicht en/of vrijstelling? Neem dan contact op met één van onze specialisten op het gebied van internationale verslaggeving.