Schijnzelfstandigheid in de GGZ: waar moet je als opdrachtgever op letten?
Op donderdag 13 maart 2025 heeft Visser & Visser bij het kennisevent ‘GGZ in beweging’ een presentatie gegeven over zzp’ers in de GGZ. In dit blog zetten wij kort de hoofdlijnen van deze presentatie uiteen. Als je bij deze presentatie aanwezig bent geweest, komen deze punten je ongetwijfeld bekend voor!
Opheffing handhavingsmoratorium met ingang van 1 januari 2025
Op 1 januari 2025 is het handhavingsmoratorium opgeheven. Dit betekent dat de Belastingdienst met ingang van 2025 zal gaan handhaven op schijnzelfstandigheid. Wanneer sprake is van een dienstbetrekking in plaats van zelfstandigheid kan de Belastingdienst direct overgaan tot corrigeren en naheffen. In 2025 legt de Belastingdienst nog geen boetes op wanneer sprake is van schijnzelfstandigheid. Boetes kunnen vanaf 2026 wel worden opgelegd.
Check op zelfstandigen met negen criteria
In het voorjaar van 2023 heeft de Hoge Raad in het Deliveroo-arrest negen criteria gegeven om te toetsen of de tussen opdrachtgever en opdrachtnemer afgesloten overeenkomst van opdracht kwalificeert als arbeidsovereenkomst. Dit wordt door de Hoge Raad en inmiddels ook door de Belastingdienst getoetst aan de hand van de volgende negen criteria:
De aard en duur van de werkzaamheden: een verplichting om gedurende een bepaalde periode te werken wijst op een dienstbetrekking, een verplichting tot het behalen van een bepaald resultaat wijst op zelfstandigheid.
Werkzaamheden en werktijden: vrijheid in wanneer en de manier waarop werkzaamheden worden verricht wijst op zelfstandigheid.
De ‘inbedding’: deelnemen aan bedrijfsuitjes en verplichte cursussen wijst op een dienstbetrekking.
Persoonlijk werk: de verplichting om het werk persoonlijk te verrichten wijst op een dienstbetrekking.
Totstandkoming afspraken: weinig invloed van de opdrachtnemer op de overeenkomst wijst op dienstbetrekking.
Wijze van beloning: het zelf bepalen van tarieven door de opdrachtnemer en het sturen van facturen naar de opdrachtgever wijst op zelfstandigheid.
Hoogte van beloning: een vergelijkbare beloning voor zowel opdrachtnemer als werknemer wijst op een dienstbetrekking.
Risico voor de opdrachtnemer: als schade veroorzaakt door de opdrachtnemer voor rekening komt van de opdrachtgever, wijst dit op een dienstbetrekking.
Ondernemerschap: als de opdrachtnemer zich naar anderen toe presenteert als ondernemer, wijst dit op zelfstandigheid.
Op basis van deze criteria kun jezelf nagaan of je werkt met zelfstandigen of werknemers. Wanneer je feitelijk werkt met werknemers zonder hen in loondienst te hebben, kan dit grote risico’s met zich meebrengen.
Risico’s opdrachtgever
Als opdrachtgever dien je aangifte loonheffingen in te dienen en loonheffingen af te dragen voor de werknemer. Verder komen hier mogelijk ook werkgeverslasten bij in de vorm van pensioenpremies, premies voor arbeidsongeschiktheid, ontslagbescherming en andere lasten die volgens het CAO verplicht zijn.
Risico's opdrachtnemer
Ook voor de opdrachtnemer bestaan risico’s wanneer er geen sprake blijkt te zijn van zelfstandigheid. Zo heeft de opdrachtnemer dan geen recht op kostenaftrek, ondernemersaftrek, investeringsaftrek en de MKB-winstvrijstelling.
Tips
Ook al legt de Belastingdienst pas vanaf 2026 boetes op, wacht niet tot volgend jaar! Probeer al dit jaar (schijn)zelfstandigen in loondienst te nemen. Zo voorkom je bovenstaande risico’s. Als dit niet lukt, beoordeel dan de samenwerking op basis van bovenstaande criteria en voorkom risico’s. Je kunt daarbij het beste gebruikmaken van een modelovereenkomst van de Belastingdienst, en daarin een goede opdrachtbeschrijving en verhaalsmogelijkheden opnemen.
Heb jij als ondernemer in de zorg (of andere branche) vragen in het kader van schijnzelfstandigheid? Neem dan contact op en kom erachter wat Visser & Visser voor jou kan betekenen!
