Afschaffing giftenaftrek in de VPB: wat nu?
De laatste jaren staat de giftenaftrek onder druk. In dit blog neem ik je mee in de geschiedenis van de regeling, schets ik de huidige stand van zaken en geef ik advies voor 2024 en voor de situatie vanaf 2025.
Een stukje geschiedenis
De giftenaftrek is al oud – deze bestaat al ‘sinds jaar en dag’. De giftenaftrek werd in 1952 ingevoerd, met als doel het geven te bevorderen.
In een rapport van SEO (economisch onderzoek) over de giftenaftrek in de periode 2016 tot en met 2021, gepubliceerd in maart 2024, is geconcludeerd dat de giftenaftrek weliswaar doeltreffend is, maar niet doelmatig. Het stimuleert namelijk weliswaar het geven en is daarmee dus doeltreffend, maar er wordt weinig extra gegeven door de giftenaftrek, waardoor de regeling niet doelmatig wordt geacht. De giftenaftrek leidt namelijk tot ongeveer 10 % hogere giften, terwijl het belastingvoordeel veel groter is. Het grootste gedeelte van het voordeel komt dus effectief bij de gever terecht, en niet bij de ontvanger. Een ander argument is dat de giftenaftrek ook met name bij hogere inkomens terecht komt, en daarmee raakt aan het draagkrachtbeginsel. Ik vraag me overigens hardop af of dat relevant zou moeten zijn, het is logisch dat hogere inkomens ook meer kunnen geven, en voor het goede doel is elke euro een euro die goed kan worden besteed, ongeacht van wie deze komt.
Op papier is het budgettaire belang in de inkomstenbelasting € 447 miljoen per jaar, wat betekent dat de Belastingdienst jaarlijks ongeveer een half miljard minder belastingopbrengsten heeft door de giftenaftrek. In de vennootschapsbelasting werd dit geraamd op € 11 miljoen per jaar, maar dat zal in de praktijk naar verwachting vele malen hoger liggen. Giften worden namelijk niet altijd als giften aangegeven, aangezien een gift afhankelijk van de omstandigheden soms ook kan worden gezien als sponsoring of reclame. En die vraag of het nu een gift of zakelijke ondernemingskosten betreft, hoefde vaak niet te worden beantwoord, omdat het linksom dan wel rechtsom toch wel aftrekbaar was voor de vennootschap.
Wellicht wel interessant: het SEO stelt trouwens een alternatief voor, namelijk een geefsubsidie waarbij de ontvanger van de gift een aanvulling op de gift krijgt. Dit model wordt in het Verenigd Koninkrijk gebruikt. Deze subsidie komt rechtstreeks en geheel bij de ontvanger terecht. Helaas lees ik in alle huidige plannen deze optie nergens terug, wat betekent dat het toch vooral ook als een budgettaire maatregel moet worden gezien.
Wijzigingen afgelopen jaren
Met ingang van 1 januari 2023 is de periodieke giftenaftrek in de inkomstenbelasting beperkt tot maximaal € 250.000 per jaar. Als gevolg daarvan daalden de giften aan goede doelen al sterk.
Als tegenhanger werd vanaf 1 januari 2024 de mogelijk om te geven vanuit de B.V. verruimd. Hoewel de gift aftrekbaar was tot maximaal 50% van de winst en maximaal € 100.000, werden ook grotere giften in ieder geval niet gezien als winstuitdeling/dividenduitkering aan de aandeelhouder. Kortom, de B.V. kon bijvoorbeeld € 500.000 overmaken aan het kerkgenootschap van de aandeelhouder, zonder dat dit tot een dividenduitkering zou leiden. Een dividenduitkering die anders met de huidige 2024 tarieven zomaar ongeveer € 150.000 aan inkomstenbelasting had gekost.
Plannen 2025
En helaas, juist die verruiming wordt nu geheel afgeschaft, alsmede de giftenaftrek zelf. Concreet betekent dit dus: giften zijn in de B.V. niet aftrekbaar van de winst (leveren geen belastingbesparing op), en een gift door de B.V., enkel door de wens van de aandeelhouder, wordt ook nog gezien als winstuitdeling/dividenduitkering. Alle fiscale voordelen voor geven vanuit de B.V. zijn dus verdwenen.
Desondanks mogen we nog ‘van geluk spreken’ dat de giftenaftrek in de inkomstenbelasting wel blijft bestaan. In het eerste hoofdlijnenakkoord was namelijk de intentie om zowel de giftenaftrek in de inkomstenbelasting als de giftenaftrek in de vennootschapsbelasting af te schaffen, maar dankzij een succesvolle lobby is die afschaffing van de giftenaftrek in de inkomstenbelasting ons bespaard gebleven.
Onderscheid giften
Met de afschaffing van de giftenaftrek in de vennootschapsbelasting is het onderscheid voor de B.V. dus veel belangrijker geworden. We onderscheiden hierbij drie ‘smaken’:
Zuivere giften
Sponsoring / reclame
MVO-beleid
Bij zuivere giften bedoel ik de giften die eigenlijk enkel zijn ingegeven door de wensen van de aandeelhouder(s). Bijvoorbeeld een gift aan het kerkgenootschap van de aandeelhouder, zonder dat hier enige ruchtbaarheid aan wordt gegeven, dus zonder enig zakelijk belang voor de vennootschap. Deze zijn vanaf 1 januari 2025 dus niet meer aftrekbaar.
In de memorie van toelichting bij het wetsvoorstel inzake de afschaffing van de giftenaftrek in de vennootschapsbelasting wordt aangegeven dat uit onderzoek is gebleken dat ruim de helft van hetgeen bedrijven aan goededoelenorganisaties gaven bestaat uit sponsoring of reclame en daarmee zakelijk is en blijft. Bij sponsoring of reclame is er immers (wel) een zakelijk belang voor de vennootschap. Om te spreken van sponsoring of reclame is het uiteraard noodzakelijk dat er een tegenprestatie is, bijvoorbeeld door het vermelden van de bedrijfsnaam op een sportshirt, op een banner langs het voetbalveld, in een publicatie of iets dergelijks. Er moet een redelijke verhouding zijn tussen het gegeven bedrag en de verworven naamsbekendheid of reclame.
Ook uitgaven die worden gedaan in het kader van Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen (MVO-beleid) zijn zakelijk en dus in principe aftrekbaar. Hoewel veel kaders hierover nog ontbreken, in het verleden was het onderscheid immers niet zo relevant, kun je hierbij bijvoorbeeld denken aan een bedrijf dat als onderdeel van haar bedrijfsbeleid jaarlijks altijd ten minste 10 % van haar winst aan goede doelen schenkt. Voor de duidelijkheid: in een persoonlijke holding lijkt MVO-beleid uiteraard geen haalbare kaart, aangezien daar het belang van de aandeelhouder altijd de boventoon lijkt te voeren.
Advies voor 2024
Ok, en nu? Wat kan je nu doen? In 2024 staan ‘alle opties nog open’. Indien je nog een bedrag wenst te geven vanuit een B.V. zonder dat dit wordt gezien als winstuitdeling/dividenduitkering, doe dit dan dus zeker nog in 2024.
Advies vanaf 2025
Vanaf 2025 zal je strikter naar het ‘geven’ vanuit de B.V. moeten kijken. Vallen die onder sponsoring/reclame of onder MVO-beleid, zoals hierboven aangegeven, dan zijn deze nog steeds aftrekbaar, en wordt dit (uiteraard) ook niet als uitdeling aan de aandeelhouder(s) gezien. Valt dat echter niet te onderbouwen en moet worden geconcludeerd dat het zuivere giften zijn, dan is het advies om deze giften vanuit privé te doen.
Let overigens in privé op: indien je jaarlijks geeft aan een dezelfde ANBI, dan kan het fiscaal interessant zijn om deze gift periodiek vast te leggen.
Een reguliere gift in de inkomstenbelasting is namelijk aftrekbaar enkel en voor zover het minimaal 1% van jouw verzamelinkomen is (inkomen uit alle boxen gezamenlijk, dus loon, winst uit onderneming maar bijvoorbeeld ook dividenduitkeringen en vermogen), en maximaal 10% van jouw verzamelinkomen. Stel dat je verzamelinkomen € 100.000 is, dan is de eerste € 1.000 dus niet aftrekbaar, en het meerdere boven € 10.000 ook niet.
Indien de gift periodiek is, dan is er geen drempel (ondergrens), en is deze aftrekbaar tot maximaal € 250.000. Je hebt daarmee dus veel ruimere mogelijkheden, en mist ook niet de eerste € 1.000 zoals in het voorbeeld hierboven.
Om een gift periodiek te laten zijn dien je deze vast te leggen voor minimaal 5 jaar. Dit kan middels een akte bij de notaris, maar dit mag ook ‘onderhands’, dus tussen jou en de ANBI worden vastgelegd. Er is hiervoor een invulformulier op de website van de Belastingdienst beschikbaar.
Het advies vanaf 2025 is dus om te beoordelen in hoeverre de giften in jouw B.V. nog aftrekbaar zijn, en indien dit niet het geval is, te overwegen of een periodieke gift wellicht interessant voor jou is.
Ik sluit maar af met de bekende slogan van de Belastingdienst: "Leuker kunnen we het niet maken, wel makkelijker". Een sinds 1993 historische slogan, die helaas nog steeds regelmatig van toepassing (b)lijkt te zijn.